Moederbrein is geen excuus voor het glazen plafond

Is het moederbrein een obstakel of een troef in de boardroom? De waarheid is: we weten het (nog) niet. De claim dat de druk op moeders in topfuncties “tegennatuurlijk” zou zijn, onderstreept het seksisme in onze maatschappij.

Dat moeder worden een ingrijpende gebeurtenis vormt in een vrouwenleven, is evident. Er is de enorme impact op emotioneel, psychologisch en zoveel andere niveaus. Het wordt nu steeds duidelijker dat een zwangerschap ook biologisch verregaande veranderingen veroorzaakt, tot de structuur van de hersenen van een vrouw toe.

Dat het wenselijk is om verder onderzoek te doen naar deze processen staat buiten kijf, zeker nu medisch onderzoek eeuwenlang gebaseerd werd op het mannelijk lichaam. Waar we ons op gevaarlijk terrein begeven is als we vanuit biologische data deterministische conclusies trekken over menselijk gedrag of dat gedrag labelen als “natuurlijk” of “tegennatuurlijk”.

Sommigen stellen dat de druk op moeders met topfuncties "tegennatuurlijk" is, maar wat is dan "natuurlijk"? De werkverdeling tussen mannen en vrouwen is cultureel bepaald en als we ons baseren op wat we altijd al deden als soort, dan is het “natuurlijk” voor vrouwen om te zorgen én om te werken. Wat “tegennatuurlijk” is, is verwachten dat vrouwen moederen alsof ze geen carrière hebben en werken alsof er thuis geen kind op hen wacht.

Uit onderzoek blijkt bovendien dat nog onduidelijk is waarom hersenveranderingen bij moeders plaatsvinden en dat onduidelijk is wat het effect ervan is op het gedrag van vrouwen (!).

Waarom wordt dan gefocust op het moederbrein als obstakel voor een topfunctie? Vrouwen zijn niet enkel moeders en hun capaciteiten worden door veel meer factoren bepaald dan enkel de biologische. Zouden we niet ook de hypothese moeten onderzoeken dat hersenplasticiteit net een voordeel kan zijn? Als vrouwen met hun moederbrein meer empathie en sociale intelligentie ontwikkelen, zouden ze dan niet net sterker in hun hoge CEO-hakken staan?

Dit is voer voor verder onderzoek. Tegelijk stelt zich de vraag: hoeven die biologische factoren überhaupt een rol te spelen in hoe we onze maatschappij organiseren? Is het niet wenselijk dat we, als we lippendienst bewijzen aan gelijke rechten, ook effectief een gelijk speelveld creëren voor vrouwen en mannen? Ongeacht hun biologische configuratie?

Het moederbrein is geen excuus voor het glazen plafond. En het glazen plafond is geen kwestie van biologie, het is een politieke keuze, waarbij de inhoud van de onderbroek van board room members blijkbaar doorslaggevend is voor wie er aan tafel mag plaatsnemen. Zorg voor kwalitatieve en toegankelijke kinderopvang, arbeidsduurverkorting, gelijk loon en gendergelijkheid in zorgtaken. En creëer een omgeving waarin iedereen kan bloeien in zijn/haar/hun professionele én persoonlijke leven.

Vorige
Vorige

“Schadelijk dat vrouwelijke politici zich openlijk distantiëren van feminisme” - open brief

Volgende
Volgende

Morele ambitie: een vrouwenzaak?